Straat op kaart Oorsprong straatnaam







1900 tot 1940 Foto’s en tekst















1940 tot 1970 Foto’s en tekst
3 maart 1945 Bombardements schade
J P Coenstraat :
Glasschade : 1 t/m 51, 2 t/m 44.















1970 tot 2000 Foto’s en tekst












2000 tot nu Foto’s en tekst

Winkels door de tijd
no 5 Elektriciteitswerken H C Hinfelaar & Zn (..1947..1961..)
no 14 Dames Kleermakerij H Roelofsen (..1939..1941..)
no 15 Meubelstoffeerderij J Lize (..1947..)
no 21 Fotografisch Atelier Henri de Louw (1896), Dames en Heerenkleeding H J v Hoof & Zoon (1924..)

no 32 Fotograaf Fa. de LaVieter & Co (..1911..1918..)
no 34 Dansschool Rocco (George A Dubois (1914…1961..)


no 36 Dameskleermaker Julius Busch (1907..1930)
no 39 Kunsthandel A M Bouwens (1910..1930..), Drukkerij W A Bouwens (1926..1935), Lampekappenatelier Pro Perga H Joosten (..1939..1961..)


no 40 Techn. Bureau Ing P Huydts (1925..1947..)

no 41 Frobelschool Mej P Pijnaker (1892..)

no 41A Massage instituut P J Witte (..1938..)

no 42A Drogist de Zwaluw Chem., glas- en
verfw. J Doorschodt (1924.. 1939..)

no 44 Bontwerkerij F v d Gaag (..1947..)
no 45 Instituut voor Jongeheeren F J H de Waaij (1893..1901..)
no 47 Stalhouderij A J de Kamper (1905), Drogist De Eiber A de Leur & zn (1943..1947..), Coöp. Winkel verg Eigen Hulp (..1961..)

no 49 Wijnhandel L v d Snoek (1896..), Automobiel garage (..190x), Normaal Schietschool (1930..)

no 51 Meubelstoffeerderij J Lize (..1947..)
no 54 Vischhal G N Leijgraaf & Co (1921..)

Straat op kaart

Oorsprong straatnaam
JAN PIETERSZOON COENSTRAAT heeft gelegen tussen de Bezuidenhoutseweg en de Cornelis Speelmanstraat. Kreeg haar naam in 1890 naar Jan Pieterszoon Coen, Gouverneur-GeneraaI van N.O.I. van 1619 tot 1623 en van 1627 tot 1629. De straat heeft plaats gemaakt voor de aanleg van het nieuwe Centraal Station.
Jan Pietersz. Coen (Hoorn, 7 januari 1587 – Batavia, 21 september 1629)
Jan Pieterszoon Coen werd geboren in Hoorn op 8 januari 1587. In 1607 vertrok hij voor het eerst naar Indië als onderkoopman van een schip. Hij maakte daar snel carrière. Op 30 april 1618 bereikte Coen het bericht dat hij door de Heren XVII benoemd was tot gouverneur-generaal.
Als gouverneur-generaal richtte Coen zich in eerste instantie op het realiseren van de wens een centraal hoofdkwartier te hebben. Coen liet daarom steeds meer goederen van de Compagnie overbrengen naar de pakhuizen in Jakatra, waar de VOC sinds 1610 een vestiging had.
Het tweede punt op Coen’s agenda als gouverneur-generaal was het realiseren van het monopolie in de handel in nootmuskaat en foelie. Die specerijen werden uitsluitend op de Banda eilanden geproduceerd. Coen koos voor een harde aanpak en verscheen in 1621 met een grote expeditiemacht voor Lontor. Het eiland werd stormenderhand genomen, waarbij veel Bandanezen werden gedood.
Coen richtte zich ook op China. De strategie van geweld die Coen op Java en Banda had gevolgd werkte echter niet bij het Chinese keizerrijk.
In 1623 keerde Coen, op eigen verzoek, terug naar de Republiek. Hij werd daar met veel eerbewijzen ontvangen en werd bewindhebber van de VOC in de kamer Hoorn. Hij stelde ook een reglement op voor de handel van Nederlandse vrijburgers in Azië, dat grotendeels overeenkwam met zijn ideeën uit 1614. Het werd door de Heren XVII goedgekeurd. Al spoedig werd hij opnieuw benoemd tot gouverneur-generaal. In 1627 vertrok hij wederom naar Indië.
Coens tweede ambtstermijn stond vooral in het teken van de twee belegeringen van Batavia, in 1628 en 1629, door de vorst van Mataram. Beide belegeringen werden goed doorstaan, mede omdat het vijandelijke leger slecht bewapend was en veel te weinig voedsel bij zich had. Tijdens het tweede beleg overleed Coen echter plotseling, op 21 september 1629.
Tijdens zijn leven was Coen bij velen niet geliefd om zijn felle kritiek op een ieder, die het niet met hem eens was. Hoewel hij in een weinig zachtzinnige periode van de geschiedenis leefde, was het geweld dat hij bereid was te gebruiken om zijn doelstellingen te bereiken zelfs menig tijdgenoot te gortig. Voor Coen was succes in de handel eigenlijk alleen mogelijk onder de paraplu van een politiek en militair krachtige positie. Coen heeft door de eeuwen heen bewondering geoogst als de grondlegger van het Nederlandse koloniaal imperium in de Oost. De verovering van Jakatra en/of stichting van Batavia werden lange tijd als zijn grootste daad gezien. Sinds het begin van de 20e eeuw is zijn naam echter vooral synoniem met gewelddadig optreden.
Meer foto’s op Haagse Beeldbank
Heeft u extra informatie, foto’s, film of verhalen stuur dan als je blieft email naar geheugen@bezuidenhout.nl