De drinkpakjes zijn in de ban gedaan, de klassen scheiden hun afval en op het dak staan een groentekas én twee bijenkorven. Basisschool De Paradijsvogel in Ypenburg is de eerste eco-school van Den Haag en op een haartje na afvalvrij. Een belangrijke motor hierachter is conciërge – en Bezuidenhouter – Wim Diesveld.
‘Schandalig, schandalig’, Wim Diesveld kan er niet over uit dat er in Bezuidenhout, een wijk met meer dan 13.000 inwoners, amper containers zijn voor plastic- en kunststofafval (er staat er 1 in West en 3 in of aan de Theresiastraat; red). Dat is weinig bevorderlijk voor het scheiden van plastic, en als de Bezuidenhouter iets na aan het hart ligt dan is dat het scheiden van afval. Diesveld is niet voor niets ‘chef afval’ op een school die het predicaat ‘afvalvrij’ heeft. De Paradijsvogel in Ypenburg gold zelfs als voorbeeld voor tien andere scholen in een pilot van Rijkswaterstaat. En niet zonder reden, want in anderhalf jaar tijd is de school met 900 leerlingen erin geslaagd om de hoeveelheid papier-, plastic-, gft- en restafval per week terug te brengen van vijf 1.100 liter containers tot één container van 250 liter. Behalve een berg afval scheelt dat ook zo’n 120 euro per maand.
Afvalvrije school
De Paradijsvogel is een Eco-school; duurzaamheid is structureel opgenomen in het onderwijsprogramma. Leerlingen worden ook gestimuleerd om zélf activiteiten te ondernemen om de school (verder) te verduurzamen. Het idee om te komen tot een afvalvrije school is van de kinderraad. Die vroeg aan de directeur of de school geen plastic kon gaan scheiden. Diesveld werd benoemd tot ‘chef afval’ en op zijn beurt betrok hij afvalverwerkingsbedrijf Suez – de enige volgens Diesveld die ook plastic kan verwerken – bij het project. Uit een analyse bleek dat er heel veel drinkpakjes bij het afval zitten. Uitgaande van 900 leerlingen die gemiddeld per week negen drinkpakjes verbruiken, kwam dat neer op twaalf grote zakken vol per week. Dat werd, naast het geven van voorlichting, aangepakt door de leerlingen tegen kostprijs zogenaamde doppers, duurzame waterflessen, aan te bieden. Vorig jaar op 10 oktober, de dag van de duurzaamheid, werd de afvaloogst van een week geteld: 56 drinkpakjes. ‘Dat zijn er nog 56 teveel’, vindt Diesveld, ‘want we willen echt een afvalvrije school zijn, maar we zijn op de goede weg.’ Behalve minder afval leverde de drinkpakjesactie op dat kinderen minder suiker binnenkrijgen en meer vers fruit mee naar school nemen.
Subsidie
Om zo ver te komen heeft De Paradijsvogel om te beginnen een eco-team opgericht, bestaande uit leerlingen, leerkrachten en ouders. Die praten regelmatig met elkaar over waar het goed gaat en wat beter kan als het om het afval gaat. Daarnaast zijn 120 bakken gekocht om het diverse afval in te kunnen scheiden. Met die hoeveelheid wilde de leverancier wel korting op de bakken geven. Bovendien was er subsidie van de gemeente en een bijdrage van Fonds 1818. Verder is er per klas een keer per dag de ‘klassebeurt’ waarbij leerlingen het afval in de diverse bakken naar de grote containers moeten brengen.
Plasticsoep
Diesveld zegt dat de leerlingen over het algemeen zeer enthousiast met duurzaam aan de slag gaan. ‘Bij de start van het project hebben we verteld waarom we als school afval scheiden belangrijk vinden en hoe we het gaan aanpakken. Daarbij wezen we bijvoorbeeld op de groeiende plasticsoep in de zeeën en wat je thuis kunt doen om die te verminderen. Kinderen pakken dat heel makkelijk op en willen daar ook echt iets mee doen. Naar andere kinderen toe: ‘Heb jij nog een drinkpakje? Wij hebben toch doppers!’. Maar ook richting hun ouders en leerkrachten: ‘Mam, met zo’n pakje hoor ik er niet meer bij’. Of ‘Juf, wat doet u nu?’ Voor kinderen is er niets zo leuk als hun ouders of leerkrachten wat te leren.’
Angst
Diesveld meent dat kinderen de makkelijkste doelgroep zijn om voor duurzaamheid te winnen. Leerkrachten zijn wat dat betreft moeilijker te overtuigen, bang om er nog meer werk bij te krijgen of omdat ze het privé niet gewend zijn. Volgens Diesveld is die eerste angst ongegrond: ‘Leerlingen ruimen het afval helemaal zelf op, daar heb je als leerkracht geen werk aan.’ Mooi moment onlangs: een leerkracht die naar hem toekwam: ‘Wim, het is gebeurd; ik ben thuis aan het afval scheiden.’
Nuts- en Liduinaschool
Wat betreft het scheiden van afval zit De Paradijsvogel nu op het goede spoor. Momenteel onderzoekt de school samen met Rijkswaterstaat hoe ook de andere scholen die onder de vlag van Lucas Onderwijs vallen tot duurzamer gedrag kunnen komen. Daartoe behoren in Bezuidenhout ook de Nuts- en de Liduinaschool. Van de ongeveer zestig Lucas-scholen hebben er inmiddels vijf gezegd dat ze aan afvalscheiding willen doen, een aantal denkt er nog over na en de rest vindt de huidige situatie best. Diesveld vertelt dat hij veel contact heeft met de conciërge van de Liduina-school, Geert Hegge. ‘Ik heb hem al gezegd dat de school waarop mijn kinderen hebben gezeten, duurzaam moet worden. Maar het probleem is dat de Liduina-school geen lift heeft en nauwelijks ruimte voor afvalbakken. Dus moeten we een andere oplossing verzinnen dat ook zij aan de plasticafval scheiding gaan.’
Succesfactoren
Gevraagd naar de succesfactoren voor een afvalvrije school: een directie die voor honderd procent achter het idee staat, enthousiaste leerkrachten, een afvalwerkingbedrijf dat je doelstelling deelt en ook over de middelen beschikt om die te verwezenlijken, en ruimte op school om de afvalbakken en -containers te kunnen plaatsen.
Verlichting
Intussen rust De Paradijsvogel niet op haar lauweren. Zo is de basisschool nu bezig haar bestaande verlichting te vervangen door led-verlichting. ‘Dat doen we niet in een keer, maar als op de hoofdlocatie in een lokaal iets aan de verlichting kapot is, vervangen we daar alles door led-verlichting’, verduidelijkt Diesveld. ‘Duurzaamheid is mooi en goed, maar het moet ook financieel haalbaar zijn. Als je iets voor drie of vier jaar doet, is dat de investering niet waard.’
Zonnepanelen
Een andere wens van De Paradijsvogel is zonnepanelen op het dak. ‘Op dit moment betalen we best veel aan energie, maar willen zonnepanelen rendabel zijn, dan moeten we eerst iets aan ons energieverbruik doen. Dat begint met mensen bewust maken, elkaar aanspreken op ons energiegedrag, en het besef dat niet alle verlichting overal op ieder moment aan hoeft.’
Papier
Verder doet de school er alles aan om het papierverbruik te verminderen. Ook hier door mensen bewust te maken van hun verbruik, te wijzen op de mogelijkheden van hergebruik als kladpapier, dubbelzijdig printen en de nadelen van kleurenkopieën, en het aanbieden van technische faciliteiten, zoals printen op locatie en tablets voor de leerlingen. Diesveld: ‘Op die tablets lezen leerlingen hun boeken en maken ze hun oefeningen. En dat scheelt veel papier.’