Je ziet ze niet, maar ze zijn er wel. Op het dak van het stadsdeelkantoor Haagse Hout aan de Loudonstraat liggen sinds oktober 148 zonnepanelen. Samen leveren ze 10 tot 15 procent van het totale energieverbruik op.
Of de gemeente niet wat laat is met het leggen van zonnepanelen op het dak van stadsdeelkantoor? Patrick Hoeve, energiecoördinator binnen de gemeente Den Haag, houdt het antwoord in het midden. Hij zegt dat het stadsdeelkantoor in elk geval het zeer zuinige Energielabel A heeft en bijvoorbeeld op een natuurlijke wijze de lucht ventileert. Directe aanleiding om het pand ook van zonnepanelen te voorzien is het energieakkoord, waarin onder meer is afgesproken dat organisaties in 2020 12 procent minder energie zullen verbruiken dan in 2012.
De 148 panelen op het dak van het stadsdeelkantoor zullen naar verwachting 32.300 kWh aan elektriciteit gaan leveren. Dit is gelijk aan 10 tot 15 procent van het totaal verwachte elektriciteitsverbruik van het kantoor waar zo’n honderd ambtenaren werken. Volgens Hoeve is de verwachte opbrengst een ‘conservatieve aanname’. Zijn indruk is dat de uiteindelijke opbrengst hoger kan uitvallen. 10 tot 15 procent vindt hij echter niet weinig voor dit pand en noemt hij zelfs ‘vrij fors’, ook omdat de panelen minder schuin zijn gelegd dan optimaal. Hoeve legt uit dat een hoek van 35 à 36 graden als optimaal wordt beschouwd, in het geval van het stadsdeelkantoor is gekozen voor een hoek van ongeveer 15 graden om het dakoppervlak zo goed mogelijk te kunnen benutten.
Hoeve wijst erop dat de gemeente een grootverbruiker van elektriciteit is die flinke kortingen kan bedingen bij leveranciers. Particulieren kunnen volgens hem de winst pakken door te investeren in zonnepanelen. Zijn tip: bekijk de mogelijkheden die je hebt, ook qua dakconstructie, let op de subsidiemogelijkheden, en wees niet bang om panelen niet optimaal te leggen, ze leveren altijd energie op. Daarbij doelt hij niet alleen op de hoek waarin de panelen gelegd worden, maar ook op de richting. ‘Er zijn meer daken geschikt voor zonnepanelen dan veel mensen wel eens denken.’