Spelen in de woestenij na het bombardement
door Carl Doeke Eisma (carleisma@planet.nl)
Op 3 maart 1945 vroeg in de morgen – werd een groot deel van de wijk Bezuidenhout door bommen verwoest. Waarom dit bombardement uitgevoerd werd, is tot op heden nog steeds niet duidelijk geworden. Wel bestaan er de nodige theorieën over.
Laat ik u er enkele noemen: – het was de bedoeling om de lanceerinrichting van de V-2 in het Haagse Bos te vernietigen; – er was sprake van een fatale vergissing door een verkeerd ingeschatte windrichting en -kracht;- en de meest cynische, het Bezuidenhout was wel degelijk doelwit.
Het waren trouwens niet de eerste bommen die in het Bezuidenhout vielen. In de weken ervoor werd de wijk ook al getroffen door wat bommen.
Het Puin
Ik was 8 jaar en woonde in deze wijk, zodat ik me ervaringsdeskundige mag noemen. Zo herinner ik me dat mijn moeder met mij, mijn grote zus en broertje naar de Goeverneurlaan is gevlucht, waar we enige tijd gewoond hebben. Niet lang.
Gespaard door de wind
Omdat de wind gedraaid was, is het deel ten noorden van de Laan van Nieuw Oost Indië grotendeels gespaard gebleven en daar woonden wij. Spannend was het wel. Ik kan me de geluiden, de geur en de rode gloed van het vuur nog heel goed herinneren.
Ik was waarschijnlijk nog te jong om de ernst van dit alles in te zien. Af en toe ging je nog eens kijken ook al werd dit door je ouders zeker niet op prijs gesteld en na enkele maanden zijn we bevrijd zoals u weet. Wat restte van Het Puin, want zo noemden wij het verwoeste deel, was een ideaal speelterrein voor kinderen ook al waren je ouders het hier ook al niet mee eens. Half verwoeste huizen, scholen, een brandweerkazerne en niet te vergeten het Bosbad vlak bij het Haagse Bos. Ondergelopen kelders, waar gelig water in stond. We werden bang gemaakt met de gedachte, dat hier wel eens lijken in konden liggen en wie zal het zeggen
Geheel zonder gevaar was dit spelen zeker niet en bovendien werden er bewakers aangesteld, die je wegstuurden.
Gevaarlijk spel
Eén voorval is me tot op heden haarscherp bijgebleven. Als ik me goed herinner stond er in de Adelheidstraat een brandweerkazerne. Een deel hiervan stond nog overeind en op de binnenplaats bevond zich een uitgebrande brandweerauto. De voorgevel van de kazerne was weggeslagen, zodat je vanaf de verdiepingen een vrij uitzicht had. Samen met Wim stond ik op de eerste verdieping met stukken lei te gooien. Overal lagen stukken lei, die waarschijnlijk als dakbedekking gebruikt waren. Grote en kleine stukken, allemaal met een uiterst scherpe zijkant. We probeerden de muur aan de overkant te raken.
Zon stuk lei zeilde dan door de lucht en trof al of niet doel. Wim gooide een fors stuk, dat bijna statig door de lucht zeilde, richting het poortje in de muur. Op datzelfde moment kwam Leo door het poortje naar binnen en u begrijpt het al. Sprakeloos zagen we het stuk lei langzaam maar zeker richting Leo zeilen en het trof hem vol op zijn neus.
Aangezicht hersteld
Ik zal u de details besparen. We hebben Leo naar huis gebracht en zijn neus is er zo goed en zo kwaad als dat ging door een kundige specialist weer aangezet. Het zou me niet verbazen wanneer dit de laatste keer was, dat ik in het puin gespeeld heb.
Uit: De Oud-Hagenaar, februari 2010 (http://deoud-hagenaar.nl/index.php?option=com_docman&task=doc_view&gid=54&Itemid=277)